Preview: wie is KSV Sottegem?

Zondag nemen we het in onze laatste oefenmatch op tegen een club met naam en faam in het Oost-Vlaamse voetbal, het geel-blauwe KSV Sottegem. Opgericht in 1922 en trotse houder van het stamnummer 225, viert de club volgend jaar haar 100^ste verjaardag. Beknopte handleiding van een traditieclub en haar links met KSK Beveren.

KSV Sottegem is één van de oudste clubs van Oost-Vlaanderen en trad in haar beginjaren geruime tijd aan in de provinciale reeksen. Daarin ontmoette het SK Beveren voor het eerst in het seizoen 1937-1938. Ook tijdens en vlak na de oorlogsjaren waren er verscheidene matchen tussen beide geel-blauwe clubs.

In 1957 promoveerde Sottegem voor het eerst naar de nationale reeksen, in navolging van Beveren. Achtmaal namen beide clubs het op tegen elkaar in derde en vierde klasse. Beveren verloor daarvan slechts één keer, in november 1963 op het veld van de Zottegemnaars. Toch leverden de mannen van de Vlaamse Ardennen onze clubs één van de grootste teleurstellingen uit de clubgeschiedenis op, toen het in 1961 samen met Beveren op de eerste plaats eindigde. Omdat Sottegem een match minder had verloren (nu zijn de regels omgekeerd en tellen het aantal gewonnen wedstrijden) mochten zij promoveren en bleef het Beveren van de jonge Wilfried Van Moer zonder prijs achter.

De meest beroemde speler/trainer die KSV Sottegem in haar rangen had is ongetwijfeld Urbain Braems. Vijf jaar lang fungeerde Urbain als trainer, nadat hij er in de jaren 50 ook als speler was gedebuteerd. Braems werd in 1975 uiteraard coach van Beveren, won er de beker in 1978 en 1983 en de landstitel in 1984. Urbain is trouwens ook ereburger van de stad Zottegem, een titel die hij ook heeft gekregen in het Turkse Trabzon, voor zijn prestaties bij Trabzonspor.

Het seizoen 1968-1969 is ongetwijfeld het beste uit de clubgeschiedenis van KSV Sottegem. De club behaalde de titel in derde klasse en wist in de Beker van België La Gantoise uit te schakelen. In de kwartfinale volgde een verplaatsing naar Anderlecht, waar de underdog zelfs voorkwam, maar uiteindelijk het onderspit moest delven dankzij onder meer een hattrick van Jan Mulder. Om de promotie in de verf te zetten, investeerde de stad in een gloednieuw stadion dat destijds aan de noden van 2^de Nationale voldeed. Het stedelijk sportstadion Jules Matthijs, genoemd naar de burgemeester in wiens ambtstermijn het bouwwerk werd voltooid, werd in 1970 plechtig geopend en werd een begrip in en rond Zottegem. In 2018 verliet de club helaas het stadion en verhuisde het naar een complex in  Erwetegem. De afbraakwerken van de oude grandstand van het Matthijsstadion zijn inmiddels ook aangevat.

Het verblijf in tweede klasse duurde uiteindelijk slechts twee jaar, mede door interne strubbelingen. Daarna pendelde Sottegem voornamelijk tussen derde klasse en vierde klasse, al ging dat niet zonder slag of stoot. Verschillende malen werd ook gedegradeerd naar de provinciale reeksen. In 2010 werd de situatie bijzonder penibel toen naast een degradatie ook een financiële kater de kop opstak. De toekomst van de club hing aan een zijden draadje, maar dankzij onder meer de hulp van de loyale fans van de club werd een schrapping vermeden. KSV Sottegem werd wel veroordeeld tot een degradatie naar Derde Provinciale in 2012. Het keerde twee jaar later terug naar 2^de en klom zelfs tot 1^ste in 2017. Na een degradatie in 2019 spelen de geel-blauwen nu met de nodige ambities in 2^de Provinciale.

Naast Urbain Braems hebben Beveren en Sottegem nog wel wat gemeenschappelijke spelers gehad. In 1968 versterkte de ambitieuze club zich bijvoorbeeld met Jean-Baptist Pfaff, de oudste van de bij Beveren actieve Pfaffs. De jonge aanvaller Ludo Monsieur trok in 1974 naar het Matthijsstadion, op zoek naar meer speelkansen. Robert Rogiers, één van de meest trefzekere spitsen uit onze clubgeschiedenis, verkaste in 1975 in de herfst van zijn loopbaan naar Sottegem. Een even opvallende als kortstondige periode was er in 1993 voor Jean-Marie Pfaff die zijn eerste stappen als hoofdtrainer zette bij de toenmalige eerste provincialer. In meer recente tijden speelden ook Jurgen Heymans, Sunny Nwachukwu, Glenn Dillens, Younous Oumouri en Olivier Schuddinck voor de club uit de Vlaamse Ardennen. Andere bekende namen in de clubgeschiedenis waren onder meer de Joegoslavisch international Zlatko Dracic, Rode Duivels Johnny Thio en Danny Veyt en jeugdproducten als Nico Broeckaert, Koen De Vleeschauwer, Tim Matthys en huidig Deinzespits Lennart Mertens.